Dat het leefmilieu en de natuur onder grote druk staan, is anno 2022 een enorme open deur. Eigenlijk weten we al 50 jaar lang dat de wijze van produceren in industrie en agrarische sector leidt tot een steeds grotere uitputting van de aarde en tot een grotere schaarste van natuurlijke grondstoffen. De kwaliteit van de leefomgeving is door bevolkingsgroei en ongeremd consumentengedrag, ondanks de materiële welvaart en de verbeterde gezondheidszorg, voor veel mensen eerder achteruit dan vooruit gegaan. Zelfs in het relatief Rijke Westen beseffen we dat wanneer we onze manier van produceren en consumeren niet drastisch aanpassen, we de volgende generaties met enorme problemen opzadelen. De grenzen aan de groei zijn anno 2022 echt wel bereikt, zoals het gelijknamige Rapport van de Club van Rome in 1972 (!) al voorspelde. Het rapport bracht toen een brede milieubewustwording op gang.
De afgelopen 50 jaar ontbrak het niet aan beleid om de effecten van de verschraling van de natuur en de schadelijke gevolgen van industriële en agrarische wijze van productie voor het leefmilieu aan te pakken. Het leidde zeker tot verbetering, al moest er vaak een milieu actie aan vooraf gaan om tot aangescherpte wetgeving te komen. Of een schandaal. Wie herinnert zich niet de gifwoonwijk van Lekkerkerk, de lozingen van chemische bedrijven op de rivieren en de vele acties tegen de stankoverlast in het Botlek en Europoort gebied? Tegelijkertijd praten we al tientallen jaren over de negatieve milieueffecten van onze nationale luchthaven Schiphol en bestaat TATA Steel, het vroegere Hoogovens, ook nog steeds.
De stikstofdiscussie is ook niet iets van de laatste jaren. Het is veelzeggend dat pas door een uitspraak van de Raad van State de regering gedwongen werd om het probleem nu echt bij de bron aan te pakken. Dus bij de agrarische sector, de zware industrie, de luchtvaart en het gemotoriseerd verkeer. De landelijke overheid en de provincies die het beleid moeten gaan uitvoeren, verdienen dan ook onze steun. Het kan niet anders, want het móet anders in die sectoren. De manier waarop de regering het aanpakt mag kritisch benaderd worden. De communicatie met de agrarische sector en het gebrek aan perspectief voor de landbouwers verdient een dikke onvoldoende. Maar laat dat ons niet afleiden van het grotere probleem dat aangepakt moet worden. Als we tenminste ook onze toekomstige generaties gezonde natuur en biodiversiteit willen nalaten. En een leefomgeving die minder verstikkend is en de klimaatveranderingen beter kan verwerken.